Styliste Lien Degol behaalde op haar vijftigste het diploma van het leven en trok na een medische check-up de kaart van de gezondheid en fitness. In haar boek ‘Fabulous 50’ geeft ze praktische modetips en do’s-and-don’ts voor een stijlvolle look, maar ze weet ook dat een sterk, gezond en energiek lichaam in die kledij telt.
“Voor iedereen in mijn omgeving was het een grote verrassing dat net ik ging sporten. Geen haar op m’n hoofd dacht er in het verleden aan om ook maar iets van beweging te doen. Alleen al het gedoe van je omkleden, gaan sporten of douchen was voor mij genoeg om het niet in overweging te nemen”, lezen we in je boek. Waarom heb je dan toch de klik gemaakt?
Lien Degol: “Vooral voor mijn gezondheid. Anderhalf jaar geleden kreeg ik tijdens een medische check-up immers een serieuze klets rond mijn oren. Mijn bloedwaarden duidden een teveel aan cholesterol en suiker aan en ook mijn bloeddruk was een tikje te hoog. Mijn dokter vertelde me dat ik te dik was en dat dit alleen maar erger ging worden. Als je zoiets zwart op wit ziet en je dokter je een duidelijke boodschap geeft, dan weet je wat je moet doen. Aangezien ik geen zin had om pillen te slikken of te sukkelen met mijn gezondheid, besloot ik mijn leven drastisch om te gooien.”
Meer beweging en gezonde voeding is toch een grote verandering. Hoe ben je eraan begonnen?
“Eerst en vooral smeet ik alle vuiligheid uit mijn keuken. Denk aan voorverpakte maaltijden, frisdranken en andere suikerbommen. Koolhydraten zoals aardappelen en rijst ruilde ik zoveel mogelijk in voor groenten, kip en vooral veel verse soep. Daarna ging ik op zoek naar een studio waar ik rustig kon trainen. Zo ben ik bij Body & Vision gestart, in de Parijsstraat in Leuven. Ik deed er aan yoga en pilates en werd beetje bij beetje steviger en krachtiger, terwijl mijn rugklachten afnamen. Thuis trainde ik dan met de hometrainer. Dat was voor mij de ideale combinatie en eigenlijk was ik goed vetrokken. Tot ze vorig jaar tijdens het eindejaar een week de deuren sloten. Toen besloot ik een abonnement in een echte fitnessclub te nemen, bij JIMS Fitness. Het was een grote stap voor mij, maar stoppen was geen optie.”
Hoe ging je daar als starter aan de slag?
“Eenvoudig, ik nam het meest goedkope abonnement en pakte de zoon van een jeugdvriend die daar als trainer werkt, Georges Mets, onder de arm. Hij stelde samen met mij een trainingsschema op en ik heb me daar gewoon gesmeten. Nu, ik ben geen flauw type. Ik heb een hoge pijngrens en kan wel tegen een stootje. Je zal me amper horen jammeren en zeveren als mijn spieren pijn doen. Wel vond ik het behoorlijk intimiderend om met zo’n papier in mijn handen al die toestellen te zoeken. Dat is echt moeilijk, maar na een week ben je dat papier al verloren en weet je echt wel wat je moet doen. Mijn raad? Laat je niet intimideren, het is voor iedereen de eerste keer in de gym!”
Wat vond je zo intimiderend aan de gym?
“Uiteindelijk geef je jezelf daar helemaal bloot. Je kunt weinig van je lichaam verdoezelen. En het enige waar je op let zijn al die jonge en getrainde lichamen. Het merendeel zijn echt wel jongens, ja. Maar die trainen samen in een hoek en ik dacht: ‘komaan Degol, zet je daarover’. Ik had voor mezelf uitgemaakt dat ik dat hier gewoon kom doen. Op mijn manier en zonder naar iemand te kijken. Mooie en jonge mensen gaan er altijd en eeuwig zijn, dit mag geen reden zijn om niet te sporten. En weet je wat? Na een tijd, als je dan toch een keer links of rechts een oog omhoog slaat, dan zie je dat er ook andere mensen zijn. Mensen die iets ouder of zwaarder zijn en het iets harder nodig hebben als jij.”
Ondertussen is de gym je tweede thuis. Waarom vind je trainen plots wel leuk?
“Voor het eerst in mijn leven voel ik me sterk en dat is een prettig gevoel. Ik ben ook heel dankbaar dat mijn lichaam het aankan. In de gym zie ik veel mensen met blessures of jongeren die uit een accident komen met kapotte knieën. Het is leuk om te weten dat je lichaam nog even goed werkt als iemand van 20. Intussen train ik zelfs zwaarder dan sommige jonge meisjes.” (lacht)
Hoe ziet je trainingsschema eruit?
“Drie keer per week train ik één tot twee uur in de fitness. Dat minimum heb ik mezelf opgelegd. Als het meer is, super, als het minder is, niet erg, dan is het maar zo. Voor mijn cardio train ik 40 minuten op de fiets of step met een hoge weerstand. Omdat ik tijdens deze oefeningen ook mijn benen train, focus ik met de krachttraining op mijn rug, buik, schouders, borst en armen. Ik doe dat graag. Altijd die gewichten of weerstand opdrijven en sterker worden, het ligt me. Heb ik weinig tijd, dan probeer ik toch nog een uurtje cardio te doen. In het ritme blijven is belangrijk. Mijn auto rijdt bijna automatisch de gym binnen. Het is geen martelkamer, het is een must.”
In je boek geef je tips om van sporten een goede gewoonte te maken. Wat advies is voor jou doorslaggevend?
“Geef niet op na een slechte ervaring. Probeer verscheidene dingen uit, doe geregeld gratis proeflessen mee en ontdek wat je leuk vindt. Ik hou bijvoorbeeld minder van groepslessen en train graag op eigen houtje, afgesloten van de rest. Anderen vinden het wel fantastisch om een leraar voor zich te hebben die brult of sporten met vriendinnen. Zo is er voor iedereen we iets.”
Je traint al een goed jaar intensief en let op je voeding. Welke zijn de resultaten?
“Wel, drie weken geleden liet ik bloed trekken en mijn bloedwaarden zijn uitstekend. Ik ben 16 kilo afgevallen en heb een heel ander lichaam. Mijn rug is veel gespierder en mijn huid hangt minder door. Dat komt echt door krachttraining. Als vrouw mag je dan ook echt geen van hebben. Doordat ik veel mijn borstspieren train, ogen mijn hals, gezicht en decolleté strakker. Bovendien durf ik eindelijk in de zomer met blote armen en benen rondlopen, wat verademing! Ik ben altijd al creatief geweest met kledij, maar ben toch blij dat de zomer geen angstseizoen meer is.”
Welke verrassing kreeg je gratis bij dat gezonde lichaam?
“Wat me het meest heeft verbaasd is dat ik eindelijk graag naar mezelf kijk in de spiegel. Ik besef dat ik vroeger onbewust toch niet zo tevreden was met mijn lichaam. Ik dacht altijd dat ik tevreden was, maar nu ben ik toch een stuk meer tevreden. (lacht) Als stylist kon ik mezelf goed aankleden en ik uit me heel zelfzeker, maar stiekem wogen mijn extra kilo’s toch door. Tijdens fotoshoots of televisiewerk was ik me trouwens heel bewust van alles wat niet zo strak zit. Dat gevoel is weg. Vandaag vind ik het zelfs leuk om uit de douche te komen en eens te checken hoe mijn achterwerk geëvolueerd is of hoe mijn buik strakker is geworden. Dat is heel bevrijdend.” (lacht)
Heeft trainen je ook mentaal veranderd?
“Zeker! Voor het eerst heb ik een uitlaatklep. Geen beter gevoel dan uitgeput en nat in het zweet terug thuis komen na een moeilijke dag. Uiteindelijk is sporten zoveel meer dan vermageren. Het is een allround weldadigheidstherapie, voor je lichaam én je brein. De chemie in je hoofd verandert immers als je sport. Dat heb ik te lang genegeerd. Sporten geeft me mentale kracht en maakt van mij een aangenamer persoon.”
Trainen is dus ook goed nieuws voor je sociaal leven.
“Zeker! Vooral mijn houding naar anderen toe is veranderd. Vroeger bleef ik graag in mijn eigen kleine kring. Bij televisiewerk of voordrachten deed ik een soort van verkleedpartij. Ik verkleedde me als Lien Degol en ging zonder probleem op een podium staan, maar echt nieuwe mensen toelaten was voor mij geen evidente stap. Sinds ik train ben ik meer toegankelijk en sta ik ook meer open voor mannen die interesse hebben. Een goed jaar geleden was er geen haar op mijn hoofd dat daaraan dacht. Meteen was ik naar huis. Jas aan en muur omhoog. Je steekt de schuld op allerlei dingen, zoals veel werk of meer tijd maken voor mijn zoon. Maar dat zijn excuses en ik moet zeggen dat die muur nu voor een groot deel afgebroken is.”
Hoe verklaar je dat je die muur nu wel plots afbreekt?
“Misschien laat ik mensen dichterbij komen omdat ik me meer zelfzeker en sterker voel. Maar het uit zich ook fysiek, want ook in bed ben ik minder geremd. Ik schaam me niet langer voor mijn lichaam en er mag al eens wat licht aan (lacht). Vrouwen met een maatje meer die daar geen probleem mee hebben vind ik fantastisch, maar als ik eerlijk ben was dat voor mij toch een issue.”
Iets helemaal anders: wat draag je in de gym?
“In de gym denk ik vooral functioneel. In het begin droeg ik losse T-shirts en broeken, maar dat is verleden tijd. Meestal sport ik in zwart topje en een aanpassende zwarte legging. Eigenlijk het pakje dat mensen in mijn boeken aanhebben om hun lichaam te tonen, kun je dat geloven? (lacht). Maar goed, zwart is mijn lievelingskleur en in aansluitende kledij zie ik mijn spieren bewegen. Op dat vlak ben ik een echte vent. Ik betrap me er vaak op dat ik tijdens het trainen in de spiegel naar mijn spieren kijk.”
Je bent een levensgenieter. Hoe combineer je dat met je sportieve levensstijl?
“Dat lukt hoor. Ik ga nog altijd twee keer per maand op café en dan drink ik gewoon pinten. Ik heb veel discipline, maar soms zeg ik: ‘alsjeblieft, Lien, doe niet onnozel’. Als de vrienden ’s nachts frieten eten, dan eet ik mee en herpak ik mezelf de volgende dag. Het leven is veel te kort om altijd ‘neen’ te zeggen.”
‘Fabulous 50’ van Lien Degol, uitgeverij Van Halewyck, 22,50 euro. Klik hier voor meer info.